3. Registratie in het HIS/EPD
Goede registratie vormt een wezenlijk onderdeel van goed CVRM. Goede registratie draagt bij aan:
- continuïteit van zorg: bij de preventie van hart- en vaatziekten zijn vaak meerdere zorgverleners betrokken. Het is daarom van groot belang dat iedere zorgverlener kan nagaan welke zorg de patiënt tot nu toe heeft ontvangen;
- het meten van de kwaliteit van de zorg, zowel voor intern als voor extern gebruik: bijvoorbeeld om te reflecteren op het eigen handelen;
- de directe uitvoering van de zorg.
Elk HIS biedt in principe dezelfde basisfunctionaliteiten:
- vastleggen van een (deel)contact onder een episode# (zie paragraaf 3.2);
- eventueel toevoegen van uitslagen van bepalingen aan een deelcontact.
Het NHG heeft bepalingen opgesteld voor het gestandaardiseerd vastleggen van CVRM. Wanneer een patiënt in aanmerking komt voor CVRM, dan schat je het risico op hart- en vaatziekten in op basis van het risicoprofiel. Dit ingeschatte risico leg je vast als uitslag bij de bepaling ‘risico HVZ volgens de CVRM-richtlijn 2024’. Indien er sprake is van een verhoogd risico, dan neem je de patiënt in behandeling in het kader van CVRM, tenzij die onder behandeling is van een specialist. Het is belangrijk om aan te geven wie de hoofdbehandelaar is. Leg hiervoor de keuze ‘huisarts’ of ‘specialist’ vast als uitslag bij de bepaling ‘hoofdbehandelaar CVRM’.